Hoe kom je de loonkloof over?

Morgen is het equal payday

5 november is tot deze dag gebombardeerd, nadat was berekend dat vrouwen vanaf  5 november feitelijk gratis werken.

Omdat ze ca. 10% minder verdienen dan mannen; de welbekende loonkloof.

Ongeveer elke vier maanden komt er wel een rapport uit over de ongelijke betaling tussen mannen en vrouwen. Iedere keer weer met andere metingen, criteria én uitkomsten.

Hoe groot de verschillen nu precies zijn, zou ik je dan ook niet durven zeggen; 10%? 20%? 30%? In de praktijk kom ik in ieder geval grote verschillen tegen.

Wat doe je daar nu tegen?

In Nederland hebben we een goede basis om dit te voorkomen.

De wetgever heeft vastgelegd dat er niet gediscrimineerd mag worden op basis van geslacht. Een goed begin.

Daarnaast zijn collectieve arbeidsovereenkomsten (cao’s). In iedere cao staan beloningsregels. Samen met schalen en treden vormen die een bodem onder je salaris. Ook dat scheelt.

Toch kunnen wetgever en vakbonden de loonkloof niet oplossen.

Daar is nog een derde partij voor nodig; jij, de vrouwelijke lezer van dit blog.

Aan welke kant van de loonkloof sta jij?

Om hier achter te komen moet je eerst weten wat voor jou een marktconform salaris is. En dan komt gelijk het ingewikkelde: dat is niet iets wat je met een standaardformule kan uitrekenen. Veel vrouwen hebben daardoor vaak weinig zicht op hun betaling ten opzichte van mannen. Ze denken dat het wel goed zit.

Dit is het eerste grote knelpunt dat de loonkloof in stand houdt.

De statistieken zijn wel duidelijk, maar zolang jij niet weet of jóuw salaris wel klopt, zal er weinig veranderen.

Wil jij je eigen loonkloof over?

Vanaf vrijdag kan je je aanmelden voor mijn webinar Klopt mijn salaris wel?* Hou je mailbox in de gaten!

*mannen zijn ook welkom

Ik dacht: ik ben het niet waard

dorpsschool

Ik was tien jaar oud en zat in de vierde klas (ja, die van de vorige eeuw;). Mijn eerste jaar op de dorpsschool was uitstekend verlopen, maar toen ging het mis.


dorpsschool

Waarom werd ik gepest?

Als ik het achteraf reconstrueer: ik kwam uit de grote stad, dat was nieuw en anders. Ook boterde het niet tussen de juf, een non, en mij. Ik was een spontaan, open kind; de juf schreef in mijn rapport dat ik brutaal was. De pestkoppen hadden een perfecte medestander in haar: ze gedoogde of negeerde hun gedrag.

Het pesten had verstrekkende consequenties.

Binnen enkele maanden veranderde ik in een tobberig meisje dat de rest van het schooljaar hoofdpijn had.

De dagelijkse gang naar school ging gepaard met schelden, fysieke dreiging en geduw en getrek. Dat ik plots niet meer werd uitgenodigd voor verjaarspartijtjes vervulde me met enorme schaamte.

Ik dacht: ik ben het niet waard.

Niet waard om op een feestje te worden uitgenodigd.

Niet waard om beschermd te worden.

Niet waard om een prettige schooldag te hebben.

Niet waard om aardig te worden gevonden.

Het was een nare, eenzame tijd en zelfs nu vind ik het nog moeilijk eraan terug te denken en dit op te schrijven.

Gelukkig ging ik na een jaar naar een andere school.

En ik had ander geluk: ik weet namelijk van anderen dat het nog veel erger had gekund. Ook heb ik er een goed gevoel voor humor aan over gehouden; daar leerde ik me mee wapenen. (Niet alleen met talenten, ook met narigheid kan je woekeren ).

Maar toch: ik heb een paar belangrijke boodschappen uit deze periode tientallen jaren achter me aan gesleept.

Zonder dat ik het doorhad zaten deze aannames diep in mij verankerd en dat had gevolgen voor o.a. mijn werk en salaris:

  • Je kan maar beter niet opvallen –>  ik wachtte tot mijn baas mijn kwaliteiten zag;
  • Je kan maar beter geen ruzie krijgen –> als pleaser ging ik voorbij aan mezelf op het werk;
  • En de belangrijkste: ik ben het niet waard –> dus vraag ik nergens om.

Deze week is het de week tegen het pesten en ik weet dat velen gebukt gaan onder gevolgen daarvan. Misschien ben jij daar een van.

En misschien vindt je het daarom moeilijk het salaris te vragen dat je waard bent.

Daar kan ik je goed mee helpen (neem dan vooral contact met me op), maar met deze mailing wil ik je vooral een hart onder de riem steken met wat ik na een lange weg heb geleerd.

Wat er ook ooit tegen je is gezegd, hoe naar men ooit tegen je is geweest: ze hebben allemaal ongelijk.

Jij bent heel waardevol. Ook jij hoort daarom een marktconform salaris te krijgen.

De wereld is veranderd…

... alleen HR weet het nog niet.

In je salarisonderhandeling kan er een HR medewerker tegenover je zitten die heel goed op de hoogte is van de huidige salarissen. Die zeker weet dat jouw huidige of geboden salaris marktconform is.

Ieder z’n vak

Ieder z’n vak, denk jij op zo’n moment, dus het zal wel kloppen. Wel jammer, want ergens in je achterhoofd meende je meer waard te zijn.

Is je onderhandeling op zo’n moment afgelopen?

Veel mensen denken van wel en dat is precies de reden dat ik dit bericht schrijf.

Wat mij namelijk opvalt is dat HR een aanbod vaak alleen toetst aan huidige salarissen in de organisatie. Dat is iets anders dan een marktconform salaris.

De redenering hierachter is dat men zo intern gedoe over salarissen voorkomt. En ook: waarom zou je op onderzoek uitgaan als tot nu toe alles prima werkte zo?

Het is dus niet alleen voor jezelf ontzettend belangrijk dat je goed je marktwaarde onderzoekt voordat je over je salaris gaat praten.

Het zou namelijk goed kunnen dat:

    • Er al een tijdje niemand op jouw functie is aangenomen.
    • Jouw voorgangers niet hebben onderhandeld.
    • Er de laatste tijd veel veranderd is jouw marktwaarde.

Zolang niemand de veranderingen heeft aangekaart, kan HR dus blijven denken dat er niets is veranderd in de marktwaarde van jouw functie.

Weet wat je waard bent: voor jezelf én om HR te kunnen laten weten dat de wereld wel is veranderd.